CMC-1 artrose

Artrose van het duimbasis gewricht (CMC-1 gewricht) Artrose is een aandoening van het gewrichtskraakbeen, ook wel gewrichtsslijtage genoemd. Artrose is een aandoening waarbij het gewrichtskraakbeen in kwaliteit achteruit gaat en op den duur zelfs geheel kan verdwijnen. De botuiteinden komen dan tegen elkaar en dit veroorzaakt pijn. Ook kan hierdoor het aangedane gewricht moeilijker worden bewogen. Verder zal als reactie op de verminderde kraakbeenbescherming, het bot zijn dragende oppervlak gaan vergroten om de druk op het gewricht te verminderen. Het gewricht kan daardoor uitsteeksels (osteofyten) vormen, dikker worden en misvormd raken. Het proces van aantasting van het kraakbeen stopt niet en neemt langzaam toe. Artrose is niet te genezen. Wel is het proces te vertragen. Het heeft niets met osteoporose (botontkalking) te maken. De pijn bij artrose wordt voor een groot deel veroorzaakt door ontsteking (steriel) van het kapsel rondom het gewricht 4 In de hand treedt artrose vaak op in het basisgewricht van de duim. Dit gewricht wordt gevormd door het eerste middenhandsbeen (os metacarpale 1) en een handwortelbot (os trapezium), dit samen wordt de duimbasis of CMC-1 gewricht genoemd.

Klachten bij Artrose van het basisgewricht van de duim:

  • Drukpijn ter plaatse van het duimbasis gewricht, welke toeneemt bij kracht zetten.
  • De duim niet meer goed van de handpalm af kunnen bewegen.
  • Krachtsverlies en/of stijfheid van het gewricht.
  • Toenemende pijnklachten in rust.
  • Bij langdurige slijtage: overstrekking of een abnormale stand van de duim.

Behandeling

Op basis van uw klachtenpatroon en het lichamelijk onderzoek kan de (plastisch) chirurg bij verdenking op slijtage van het duimbasis gewricht besluiten een röntgenfoto te laten maken. Soms is aanvullend onderzoek nodig in de vorm van een CT-scan. Uw klachten zijn echter leidend voor de (plastisch) chirurg.

Behandeling bij Artrose van het basisgewricht van de duim:

Artrose is niet te genezen. De behandeling is daarom voornamelijk gericht op het wegnemen van de pijnklachten, zodat de hand weer beter ingezet kan worden. Daarnaast richt de behandeling zich ook op verbetering van kracht en mobiliteit

Niet operatieve behandeling (conservatieve behandelingen)

De niet operatieve behandelingsmogelijkheden hebben in een beginstadium de voorkeur en kunnen bestaan uit:

  • Rust
  • Pijnstilling (NSAID’s);
  • Injectie met een ontstekingsremmer (corticosteroïden) in de gewrichtsspleet;
  • Een (afneembare) spalk;
  • Oefentherapie bij een handfysiotherapeut.

De combinatie van spalk en handtherapie heeft een hoog slagingspercentage waarbij er voor de patiënt wellicht een operatie voorkomen kan worden. Deze therapie dient u minimaal 3 maanden gevolgd te hebben alvorens uw behandelend art een uitspraak kan doen of het bij u gewerkt heeft.

Operatieve behandeling

Pijn en de mate van functiebeperking is de belangrijkste graadmeter voor een eventuele operatieve behandeling. Er wordt gekozen voor een operatieve behandeling wanneer er sprake is van vergevorderde slijtage of bij klachten die niet reageren op conservatieve behandelingen. Tijdens de operatie verwijdert de plastisch chirurg het versleten duimbasisgewricht (het trapeziumbot). Een deel van een pees uit de onderarm wordt gebruikt om de duim weer te verstevigen. Na deze operatie zal de beweeglijkheid en de kracht van de duim minder zijn dan vroeger (voor de slijtage). De pijn neemt naar waarschijnlijkheid echter fors af.

Vergoeding/Verzekering

Uw bezoek aan Parkwegkliniek Sommer wordt regelmatig net zo vergoed als een bezoek aan het ziekenhuis. Bekijk hiervoor onze vergoedingenpagina of neem bij vragen contact met ons op.